De eerste schooldag is altijd wel wat spannend. Duizenden leerlingen hijsen na twee maanden opnieuw de boekentas op de rug en gaan op pad: in het best geval te voet of met de fiets, zo niet met de wagen of de bus.

Voor leerlingen in het bijzonder onderwijs is die laatste optie vaak ook de enige optie: het aanbod aan scholen maakt dat ze sterk afhankelijk zijn van busvervoer.

Eerste gedeputeerde Kurt Moens, bevoegd voor onderwijs: “Wij bieden in Richtpunt Buggenhout buitengewoon secundair onderwijs aan van types OV1, OV3 en OV4. Het gaat daarbij om jongeren die nood hebben aan zeer specifieke omkadering. Er zijn dus niet zoveel scholen waar zij terecht kunnen en net daarom nemen we als provincie die taak bewust op ons. Dat is een stevige maar zinvolle investering. We verwachten echter dat ook de andere overheden hun verantwoordelijkheid nemen.”

Door de grote afstand die de leerlingen dikwijls moeten overbruggen naar de school, zijn ze sowieso aangewezen op het leerlingenvervoer georganiseerd door De Lijn. En daar wringt het schoentje, helaas niet voor het eerst.

Kurt Moens: “Twee jaar geleden bonden we kat reeds de bel aan: leerlingen dreigden toen op ontiegelijke uren uit bed te moeten komen om toch maar op school te geraken, en dat laatste zelfs niet eens op tijd. Na constructief overleg met minister Peeters werd toen een oplossing gevonden via minibusjes en taxivervoer. Nu dat systeem weer wegvalt, zijn we terug bij af.”

Andermaal dreigen leerlingen meerdere uren onderweg te zijn.

Kurt Moens: “Uit de schema’s die De Lijn bezorgde blijkt inderdaad dat sommige leerlingen weer drie tot vier uur onderweg zullen zijn. En dat is dan nog een optimistische inschatting: De Lijn houdt in die schema’s nog niet eens rekening met de verkeersdrukte: over een dergelijke lange trajecten heeft dat wel degelijk een significante impact. Het resultaat is dat onze leerlingen ’s avonds thuiskomen op een tijdstip waarop ze al geacht worden in bed te liggen en dan ’s anderendaags weer vroeg uit de veren moeten om terug op school te geraken. Dat is dramatisch voor de onderwijskwaliteit én de levenskwaliteit.”

De gedeputeerde roept de minister daarom op erover te waken dat er wel degelijk een goed aanbod blijft.

Kurt Moens: “Negentig minuten, dat is de maximale duur van een rit zo werd steeds vooropgesteld. Vandaag halen we dat bijlange niet. Hoog tijd dus om in te grijpen, zodat iedereen met een gerust hart een fijne eerste schooldag mag beleven.”